Wie kent het niet; een kind dat niks meer wil, op de grond ligt te dreinen of alleen maar met opengesperde oogjes in de verte staart? Het hoofdje en/of lijfje zitten vol. Overladen en er kan niks meer bij. Er moet vooral wat uit, op welke manier dan ook.
Prikkels zijn niet de oorzaak
Het vreemde is dat prikkels op zich niet de oorzaak van de overprikkelingsproblemen zijn. Soms denken we dat het gaat om teveel drukte om zich heen. Dat kinderen daar niet tegenop gewassen zijn. Maar de ervaring leert; drukte op zich is niet het probleem. Drukte prima opgevangen worden, wanneer een kindje goed in zijn vel zit en stevig met twee beentjes op de grond staat.
Het is dus meer de vraag; waarom zit mijn kindje niet lekker in zijn vel en staat hij of zij dus niet lekker met die beentjes op de grond? Waar heeft mijn kindje behoefte aan, om lekker in zijn of haar lijf te zakken en het wél aan te kunnen? Dit is de kernvraag die je beantwoord moet zien te krijgen.
3 meest voorkomende oorzaken
Ieder kind is anders en er blijkt een grote diversiteit aan behoeftes te zijn bij kinderen. Zoveel kinderen, zoveel verschillende oorzaken van ‘niet lekker in je vel zitten’. Toch zijn er ook drie hoofdoorzaken die vaak voorkomen:
- Je kindje heeft last onzekerheid door incongruentie vanuit de omgeving
- Je kindje heeft last van ontwikkelingsfasen
- Je kindje heeft last van interne overbelasting door bijvoorbeeld voeding
1. Onzekerheid (door incongruentie)
Met name de gevoelige kindjes hebben hier veel last van. En eigenlijk zijn heel veel jonge kindjes gevoelig. Ze staat nog zó open voor wat om zich heen gebeurt, dat zij gewoonweg meer waarnemen dan de meeste volwassenen. Zo nemen zij niet alleen waar wat je zegt of doet, maar ook wat je voelt of zelfs onderdrukt.
Als je van binnen heel boos bent maar naar buiten toe aardig doet, nemen zij beiden waar. Al deze lagen in communicatie komt als informatie op ze af. Ze weten niet waar nu op te kunnen vertrouwen en dat maakt onzeker. Wat is waar?
Onzekerheid is bijzonder vermoeiend. Het maakt angstig, alert, wankel en ‘niet lekker in je lijf’. Met als gevolg dat je sneller overprikkeld bent door wat dan ook. Onzekerheid maakt permeabel voor alle soorten prikkels.
2. Ontwikkelingsfasen
Ieder kind gaat door fasen van ontwikkeling. In deze fasen is er veel in beweging van binnen. Zowel in het hoofdje gebeurt veel, als in het lichaam. En tijdens die veranderingen moet een kindje wel gewoon van alles doen op een dag: eten, slapen, leren, bewegen, luisteren…enzovoort.
Zie het als grootse verbouwwerkzaamheden in je huis. Om de dagelijkse dingen te kunnen blijven doen, is een tijdelijk onderkomen fijn. En als je dat niet hebt, wordt het kamperen in je eigen huis. Een beetje behelpen en alles wat daarnaast nog lukt, is mooi meegenomen. In ieder geval ben je op alle vlakken waarschijnlijk wat minder scherp en productief.
Maar een lichaam dat in ontwikkeling is en verbouwd wordt, daar moet je kindje gewoon in wonen. En dus gaat het op alle andere vlakken even wat minder. Je kindje kan minder hebben en is sneller ‘vol’.
3. Overbelasting intern
Om een lichaam lekker te laten draaien, heeft het de juiste voeding nodig. Net als een machine; gaat de verkeerde brandstof erin, dan gaat die haperen of loopt zelfs vast.
Veel voedingsstoffen die dagelijks in ons algemeen voorgeschreven dieet zitten, worden door velen niet goed verteerd. Denk aan zuivelproducten of vlees en (fruit)suikers. Voor sommige mensen hartstikke gezond! En voor sommigen ook echt niet.
Als je dingen eet en drinkt die voor jou niet zo gezond zijn, is dit hard werken voor je lichaam. Er komt een hoop afvalstoffen bij vrij, die je lichaam vervolgens moet opruimen. Het resultaat is een continue katerig gevoel. Je kindje kan hier ook erg last van hebben.
Met een katerig gevoel, wil je niet in je lichaam zijn en dat maakt je bevattelijk voor invloeden van buitenaf. Daarbij ben je ook nog eens heel moe van het harde werken intern, waardoor je überhaupt niet zoveel energie hebt om iets te doen.
Wat kun je eraan doen?
Interne overbelasting is iets dat (alternatief) artsen voor je kunnen uitsluiten door het meten van allergieën en intoleranties. Over ontwikkelingsfasen is gelukkig heel veel geschreven in boeken zoals ‘oei ik groei’ of door andere ouders op internetfora. Over onzekerheid door incongruentie is wat minder geschreven, maar wanneer je je in HSP verdiept kom je al een heel eind. Want eigenlijk is ieder jong kind in meer of mindere mate ‘HSP’ ;).
En wil je meer de diepte in en kijken naar de specifieke oorzaken van overprikkeling bij jouw kind? En in detail lezen wat jouw kind nodig heeft? Dan is een kinderfluisterconsult een mogelijke oplossing. Kinderen kunnen zelf (via een soort telepathisch lijntje) héél duidelijk aangeven wat er aan de hand is en wat ze nodig hebben.
Interesse? Alle kinderen t/m 7 jaar zijn welkom voor een kinderfluisterconsult. Daarnaast zijn kinderen met een (meervoudige) beperking ook boven de 7 jaar welkom. Ik werk alleen online en op afstand, dus een bezoek aan de praktijk is niet nodig. Kijk hier voor meer informatie of vul direct online het vrijblijvende intakeformulier in. Je krijgt zo snel mogelijk van mij te horen of en wat ik voor jullie kan betekenen.
Geef een reactie